Reconstructiepark
Het Archéodrome bestaat uit twee belangrijke bestanddelen nl. de museografische en audiovisuele ruimtes binnenin het hoofdgebouw en het unieke reconstructiepark buiten dat je een rondleiding geeft doorheen de geschiedenis van de Galliërs.
Binnenin het hoofdgebouw:
1. De audiovisuele ruimte
In de Chronoscoop bladert een archeoloog in de bladeren van het boek
over de historie van het verste verleden, van de Big Bang tot de Homo
Sapiens. Dit van speciale effecten voorziene spektakel in beeld en geluid
geeft na deze eerste voorstelling ook nog een duidelijker beeld over
de culturele erfenis van Bourgondië met haar de kastelen, abdijen, wijngaarden
en vooruitstrevende technologie.
2 + 3. De evolutietunnel en de museografische
ruimte
Hier stap je in de sporen van je voorouders en maak je een verrassende
reis met boeiende ontdekkingen vanaf de paleolithische tijd tot het
jaar 1000.
4. Het neolithische huis
Deze gereconstrueerde woning, gemaakt uit neolithisch materiaal (hout,
leem en stro) is representatief voor de woningen van de oude neolithische
mensen die op één plaats bleven wonen (4000 v. Chr.) . Deze eerste landbouwers,
van het midden - oosten afkomstig, waren georganiseerd in kleine familiale
gemeenschappen. Men schat dat zo één huis opvang bood voor wel twintig
mensen. Binnenin waren de huishoudelijke ruimtes verspreid over het
geheel van de binnenoppervlakte. Zo vond men er een plaats die tot keuken
diende terug, een ruimte om te rusten, een ruimte voor ambachtelijk
werk…Achteraan in het huis was er een ruimte gereserveerd voor de dieren.
Deze ruimte werd van de rest van het huis gescheiden door een afsluiting
van leem.
5. De afgesloten berguitlopers: de huizen uit de bronstijd
Deze woning, zoals die in de bronstijd bewoond werd, is zeer stevig qua constructie doordat ze aan één kant tegen een bergwand steunde en de overige muren uit steen bestonden. Deze sites, erg talrijk in Bourgondië, zijn gedurende duizenden jaren bewoond vanaf het neolithicum tot aan het Gallische tijdperk. Het gereconstrueerde huis in het Archéodrome behoort tot het tijdperk van de late bronstijd (ca. 800 v. Chr.).
6. De tumuli
Deze tombes, voor individueel of collectief gebruik al naargelang van de sociale status van de overledene, werden gebruikt gedurende de periode van het jonge neolithicum (ca. 2000 v. Chr.) tot de vroegste periode van het ijzertijdperk (800 / 450 v. Chr.). De Galliërs geloofden immers in een leven na de dood: wanneer iemand stierf, ging hij of zij naar een andere plek die de Andere Wereld werd genoemd, waar het leven er net zo aan toe ging als op aarde.
7. De versterkingen te Alesia
Een gedeelte van de imposante vestingswerken, gebouwd door de Romeinen onder leiding van Caesar om Vercingetorix te omsingelen, werd hier opnieuw op ware grootte nagebouwd. Deze vestingswerken moesten de aanvoer van de Gallische versterkingstroepen beletten alsook de omsingelde Galliërs binnen hun gebied houden. Deze reconstructie moet ons een gedachte geven van het enorme werk dat de Romeinse soldaten hebben verzet in 52 v. Chr. bij de belegering van Alesia.
8. De Gallische hoeve
Dit is een boerderij identiek aan de boerderijen uit de ijzertijd die Julius Caesar in zijn 'De bello Gallico' vermeldt als Gallische landbouwbedrijfjes en die hij zelf 'aedificia' noemt. Al de noodzakelijke voorwerpen voor het landelijke leven werden ter plaatse gefabriceerd zoals bijv. aardewerk, metaal, weefsels… Het gaat hier over een Gallische boerderij uit de eerste eeuw v. Chr. opgegraven in de vallei van Aisne.
9. Het fanum (2de E n. Chr.)
Deze Gallo - Romeinse tempel gekenmerkt door een Gallische architectuur, maar gebouwd met behulp van de technische middelen en materialen van de Romeinen, verscheen pas na de totale onderwerping van Gallië. Men gaat de tempels in Gallië vanaf dan vervaardigen uit steen, gezaagde tegels gebruiken voor de zuilengang en dakpannen voor het dak van de cella (= deel van de tempel waarin het beeld van de godheid stond).
10. De Romeinse weg
Er bestond al een belangrijk wegennet in het Gallische tijdperk. Maar na de onderwerping van Gallië kenmerkt de inrichting van grote wegen de heerschappij van het Romeinse Rijk. De wegen die van de grote steden vertrokken, waren geplaveid met grote kalktegels, die de sporen van de voertuigen met metalen banden in zich bewaarden. Deze kalktegels waren plat en werden in een bepaald patroon gelegd, naar gewoonte van de Romeinen.
11. De Gallo - Romeinse necropool
Dit is een begraafplaats volledig gebaseerd op diegenen die ze hebben teruggevonden aan de rand van de uitgaande wegen van Gallo - Romeinse steden. De stenen tombes, met daarboven een grafsteen, bevonden zich steeds langs de weg juist buiten de stad. Deze grafstenen bieden ons informatie aan over de werktuigen, de kleren en de voorwerpen van deze periode.
